Waar je kunt worden wie je bent
Meer dan alleen kennisoverdracht
Antroposofische grondslag
De Waldorfschool vindt haar basis in de antroposofie. Zij ontleent haar naam aan het feit, dat het een internationaal erkende benaming voor een vrijeschool is. Overal op de wereld vind je Waldorfscholen en hanteren zij eenzelfde gemeenschappelijkheid in het kijken naar de ontwikkeling van kinderen.
Rudolf Steiner (1861-1925) is de grondlegger van de antroposofie en het vrijeschoolonderwijs. De kern van de pedagogische inzichten van Rudolf Steiner is zijn opvatting over de ontwikkelingspsychologie van kinderen. Hij vond onder anderen dat de lesstof in overeenstemming moet zijn met de fase waarin het kind verkeert en aan moet sluiten op de ontwikkelbehoefte van het kind.
Drie ontwikkelingsfasen
Steiner gaat uit van drie grote ontwikkelingsfasen: van nul tot zeven jaar, van zeven tot veertien jaar en van veertien tot eenentwintig jaar. In de tijd van nul tot zeven vindt de fysieke rijping plaats. Hier wordt de basis gelegd voor de ontwikkeling van de zintuigen. Een kleuter leert nog niet ‘met het hoofd’, maar vanuit het lichaam door nabootsing en bewegen. In de tweede periode van zeven tot veertien jaar, ligt het accent op het gevoelsleven en het verbeelden. Daarom wordt de leerstof zo ‘levend’ mogelijk aangeboden. In de derde fase van veertien tot eenentwintig jaar, groeit het denken als zelfstandige kracht. Pas dan kan het autonome oordeelsvermogen volledig worden aangesproken.
Didactische uitgangspunten
Ons onderwijs volgt de pedagogische en didactische aanwijzingen die Rudolf Steiner ooit heeft gedefinieerd. Zij dienen als richtlijn en inspiratiebron voor het handelen van de leerkrachten. Tevens krijgen de verworvenheid van de huidige tijd en de uitgangspunten van het strategisch beleidsplan van de RVKO een plaats.
Betekenis van ‘vrij’
Het woord ‘vrij’ in de naam vrijeschool wordt regelmatig verkeerd geïnterpreteerd. Vrij betekent niet dat kinderen hun gang maar kunnen gaan. Integendeel. In veel opzichten hanteren vrijescholen juist een eenduidig en vaststaand onderwijscurriculum. Er wordt waarde gehecht aan een vast dagritme. De seizoenen en de jaarfeesten zijn de maat en het ritme voor het onderwijsaanbod.
‘Vrij’ heeft betrekking op de vrijheid en de verantwoordelijkheid die de leerkracht heeft binnen de wettelijke en de door school gestelde kaders en eindtermen. Het woord ‘vrij’ betekent ook dat we de kinderen helpen om zich bewust te worden van een eigen levensmotief, een eigen vermogen en eigen wil.
“Bij ons op school is leren leuk”